zondag 21 oktober 2007

22-25 september 2007: afscheid

In Negros neem ik afscheid van NIHIP en al de mensen die ik gedurende deze drie weken heb leren kennen. Op mijn laatste dag gaan we met z’n allen zwemmen en eten we voor de laatste keer rijst met vis. Zeer fijn en supergezellig.

In Manila neem ik afscheid van Dr. Leni, Ruth en al de andere mensen van CHD.

Op het vliegtuig zit ik naast Philip, een Filippijnse psychiatrisch verpleegkundige, die voor twee jaar zijn familie achterlaat om in Dublin geld te gaan verdienen. Hij weet amper hoeveel hij gaat verdienen en wat de werkomstandigheden zullen zijn. In zijn contract worden de meest omfloerste termen gebruikt…

21 september 2007: ‘Undeclared Martial Law’

Overal in het land grote optochten. Enerzijds ter herdenking van het staatsbeleg ten tijde van president Marcos. Anderzijds tegen het hedendaagse beleid van president Arroyo, waar schendingen van de mensenrechten eveneens schering en inslag zijn. Gedurende haar beleid zijn er reeds 886 mensen vermoord, 184 vermist en 799 gefolterd.

20 september 2007: Escalante

Met Gabriela naar Escalante voor de herdenking van de ‘Escalante massacre’. Op 20 september 1985 kwamen duizenden suikerboeren, boeren, vissers, studenten en pastoors op straat tegen de uitbuiting, in hun handen enkel borden gemaakt van bamboo. Toen ze de marktplaats bereikten werden ze omsingeld door leger en politie en zwaar beschoten. Tweeëntwintig mensen lieten er het leven en honderden anderen raakten gewond.

Tijdens de herdenking speelden enkele kinderen de gebeurtenissen na. Het leek net echt. Haast
iedereen begon te wenen.

18-19 september 2007-10-07: Abada escay

Abada escay is vijf maanden geleden opgericht. Het is een relocatieplaats voor de veschillende krottenwijken uit de stad. Het is neergepoot een goed eind buiten het stadscentrum, temidden van velden en enkel toegankelijk door middel van een hobbelige aardeweg. De mensen moeten hier hun eigen huis bouwen, zonder water, geen electriciteit, geen straat of riolerig. Er is enkel één lager schooltje met halve lesdagen want er zijn teveel kinderen (650) voor te weinig klassen (6), zodat er afgewisseld moet worden. Heel akelig om te zien. Letterlijk verstopt en aan hun lot overgelaten…

17 september 2007: tussen de Filippijnse studenten

Ik ontmoet Klaring, lid van LFS (League of Filipino Students). Zij ijveren voor kwaliteitsvol en toegankelijk onderwijs voor iedereen en kanten zich tegen de hedendaagse commercialisering van het onderwijs. Haaks hierop staat het standpunt van de regering: ‘Kwaliteitsvol onderwijs is duur, als je het wil, moet je bereid zijn ervoor te betalen.’ In Bicol zijn bovendien reeds drie studenten-activisten vermoord.

Als je al het geluk hebt om een diploma te halen, vind je vaak geen werk. En bij jobaanbiedingen staat duidelijk vermeld welke ‘dure’ universiteiten de voorkeur hebben.

In de namiddag bezoeken we een private school: University of Negros Occidental Recoletos. Centraal op de speelplaats tien grote kassa’s waar je je lessen en boeken en andere benodigdheden kan kopen. Trots vertelt een van de leerkrachten over het exclusieve contract met Pepsi, dat de bijbouw van de cafetaria sponsort, zodat nog meer kinderen, nog meer Pepsi kunnen drinken (om nog rottere tanden te krijgen)…Het aantal inschrijvingen daalt hier jaarlijks. De prijzen zijn te hoog. Vanaf volgend jaar zullen er ook zes maand tot twee jaar opleidingen worden ingericht, afgestemd op de buitenlandse vraag. Alle lessen (behalve het Filippino) worden gegeven in het Engels. Er zijn reeds voorstellen om ook het Filippino volgend jaar in het Engels te doceren en dat ook buiten de lesuren, binnen de schoolgebouwen, verplicht Engels zou worden gesproken.

15-16 september 2007: Herbal medicine making

Nanay Demit en ik zijn ziek. Waarschijnlijk iets verkeerds gegeten. Na een dagje rust gaat het al beter.

De volgende dag volgen R-dem (van NIHIP) en ik een workshop over ‘herbal medicine making’ gegeven door Nanay Demit. We leren de verschillende stappen om Lagundi-siroop te maken; en proeven zeer nieuwsgierig ons resultaat. We maken ook een soort bananenpilletjes. Met de ‘evidence based medicine’ in mijn achterhoofd, maakte deze workshop toch indruk. Ik begin het nut van de deze onschadelijke, kosteloze (en misschien wel nuttige) geneesmiddelen voor zelflimiterende aandoeningen in te zien..
Dokters schrijven hier immers heel veel geneesmiddelen voor. Vaak onnodig en soms zelfs gevaarlijk (zeker voor kinderen). Na tien minuten televisie komen de ‘kidney care’ en ‘anti-stress tabletten’ uw oren uit. Nog nooit heb ik zoveel reclame voor de meest absurde geneesmiddelen gezien.

13-14 september 2007: Bago

Rijstvelden zo ver als ik kan zien. De communicatie loopt volledig vast. Gelukkig is er een jongen die in zijn tweede jaar universiteit zit die zeer goed Engels spreekt, om me te helpen. Het is hier buitengewoon uitzonderlijk dat jongeren naar de universiteit kunnen. Hij kon dit dankzij een schoolbeurs, want ook zijn ouders zouden het niet hebben kunnen betalen. Zijn vader is 'carekeeper' van een boerderij. Dit wil zeggen: alles onderhouden en de velden verzorgen. Op het moment van de oogst moet hij wel twee derde afstaan aan de eigenaar van de boerderij. Het leven is hier keihard. Kinderen willen naar school, maar de ouders kunnen het niet betalen. Hijzelf is tijdens zijn middelbaar een jaar moeten stoppen, omdat er geen geld meer was. Bovendien is zijn vader alcoholist en zet hij ’s avonds vaak het kot op stelten. Zijn zus is reeds ‘ontsnapt’ en werkt ondertussen in een call center in Manila. Call centers schieten de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond in de Filippijnen.

zaterdag 20 oktober 2007

12 september 2007: De hacienda’s

Weer met de bus gezwind door de bergen… onderweg springt het kleine televisietoestel aan. Het is belangrijk nieuws maar ik begrijp er niets van. Het volgende moment krijg ik een tekstje van Ruth (uit Manila). ‘Erap (de vorige president) guilty for plunder’. Er wordt geklapt.


We trekken verder richting suikerrietplantages. Temidden van de suikerrietvelden en enkel toegankelijk via modderige en zeer hobbelige veldweggetjes komen we aan bij een kleine gemeenschap. Twintig families leven hier. Ze werken niet op de plantages vlak naast hun huis, want die eigenaar betaalt slechts 90 p per dag. Bovendien wou die nog recentelijk zijn velden uitbreiden waardoor ze zouden hebben moeten verhuizen. Gelukkig konden ze zich hiertegen verzetten… en met succes… want ze kunnen (voorlopig) blijven. Ze staan op om 4 uur ’s nachts om om 5 uur te vertrekken. Na een uur stappen bereiken ze hun plantage. Ze werken keihard voor een loon van 185 p per dag. Het suikerseizoen begint in oktober en eindigt in maart. Tijdens het ‘dode seizoen’ proberen ze wat bij te verdienen op de rijstvelden. Gedurende deze zes maanden, en vooral op het einde wordt door vele families honger geleden.


In het museum had ik geleerd dat in koloniale tijden de rijke landheer in het midden van de hacienda leefde en zijn werkvolk uitbuitte. Buiten het feit dat de landheer nu in een chique huis in de stad leeft, zie ik weinig verschil…


Weer besef ik hoe belangrijk de CHW hier voor haar gemeenschap is. Ze is een belangrijk aanknopingspunt als er iemand ziek is en ze helpt de patiënten ook verder naar het ziekenhuis indien nodig.

7-10 september 2007: Guihulngan Mountain Clinics

Na een zeer lange tocht en hoog in de bergen bereiken we de Kalabaklabakan Mountain Clinic. Deze werd opgericht in 1974 door de Franciscan-kerkgemeenschap. Sinds 1983 werd het ingericht als CBHP en kwam de nadruk meer op de preventieve geneeskunde te liggen. CHW ‘s werden opgeleid. Zij helpen binnen hun gemeenschap en in de mountain clinic. Ze kunnen ondertussen al mineure chirurgie (circumcisies en het verwijderen van cysten) en helpen bij de bevallingen. In de tuin rond het kliniekje worden geneeskundige kruiden gekweekt. In de hutjes kunnen patiënten verblijven.

De overheid heeft een immunisatieprogramma, maar soms komen de mensen niet opdagen (sommigen moeten een halve dag stappen om een health centrum te bereiken); of soms zijn de vaccins uitgeput. Hierdoor zijn nog steeds een heleboel kinderen niet of onvolledig gevaccineerd.
We trekken rond, springen van het ene rijstterras naar het andere, bezoeken verschillende families en CHW’s. Want deze vrouwen zijn in de eerste plaats ook moeder, echtgenote, huisvrouw, helpen hun man op het land en maken de maïs handmatig tot maïsmeel. Echt bewonderenswaardig wat zij hier doen!

Sinds het bestaan van de CHW’s, is de patiëntenpopulatie van de mountain clinic drastisch gedaald. Vele CHW’s kunnen de mensen binnen hun gemeenschap verder helpen waardoor ze vaak niet meer naar de clinic hoeven.
Bijna geen enkele boer bezit hier zijn eigen land. Heel de familie (ook kinderen) helpt om het beetje geld bijeen te krijgen. Vaak net genoeg om van te eten. Laat staan dat er dan iemand ziek wordt…

Op de terugweg bezoeken we het District Hospital. Dit ziekenhuisje heeft een beddencapaciteit van vijftig bedden, er verblijven echter vijfenzeventig patiënten. In het ziekenhuis werken vijf huisartsen, waarvan één ook de directeur is. Hij had onder zijn voeten gekregen dat er teveel patiënten waren, wat dus indirect wil zeggen dat hij patiënten zou moeten weigeren… Dit terwijl het volgende (en eveneens overvolle) publieke ziekenhuis nog eens vier uur verder is…

Met de 4X4 van de Franciscans bereiken we de andere mountain clinic (Kansalakan). De wagen zit eivol, we hebben voor de mij onduidelijke reden zelfs een geit mee. Het is de 35ste verjaardag van deze kliniek waardoor er een groot feest wordt gehouden. Mensen komen van heel ver om erbij te zijn. Er wordt gegeten, gedanst en gezongen.





zondag 30 september 2007

3 - 5 september 2007: Sipalay

Vroeg in de ochtend vertrekken we richting Sipalay. Eerst twee uur in een propvolle en snikhete bus. Dan komen we aan bij PDG (Paghida et sa-Kauswagan Development Group). Deze organisatie helpt de verschillende gemeenschappen hier in hun strijd tegen de mijncoöperatieven. In augustus 2006 zijn nieuwe exploraties begonnen en de werken zouden beginnen in januari 2008. Colet Mining is een van hen, een multinational met de hoofdzetel in het Verenigd Koninkrijk. Het bestuur van Sipalay is reeds jaren in handen van dezelfde familie. Zij staan de exploraties toe (uit eigen winstbejag), onder het voorwendsel dat het geld ten goede zou komen aan de gemeenschappen.
In plaats daarvan worden enkelingen stinkend rijk, massa's land vernietigd en vervuild en hele dorpen 'verhuisd' naar minder vruchtbare bodems.


We trekken de bergen in en bereiken Manhucahoc. Het gemeenschapshuis naast de school is reeds meer dan een maand ingenomen door een militaire divisie (hoewel dit bij internationale wet verboden is). De militairen verklaren dat ze hier zijn ‘om de mensen te beschermen en trekken ’s nachts de bergen in om hun vijand (New People's Army (NPA)) te verslaan’. Nochtans is hun aanwezigheid de laatste maanden verscherpt, gelijklopend met het verzet van de plaatselijke bevolking en zit het NPA hier al jaar en dag…


We trekken verder op een habal habal. Dit is een motor waar je met velen opkruipt. Een heleboel nieuwsgierige gezichtjes komen ons tegemoet, de meesten blootvoets en voorzien van een stevig vooruitstekend buikje. Doordat de mensen hier nauwelijks Engels spreken en ik nog maar een paar woorden Ilungo, loopt de communicatie zeer moeilijk. Nanay Demit, die me vergezelt, doet haar uiterste best om af toe wat voor me te vertalen.


De gemeenschap waar we verblijven zijn boeren en hun land is recentelijk ingenomen door de mijnexploraties. Ze eten hier maïsmeel in plaats van rijst met droge vis en een zout soepje.
De volgende dag help ik Nanay Demit met de consultaties die ze doet . We trekken veel aandacht en al gauw is het hutje vol en wordt het broeierig heet. Velen zijn nog nooit naar een dokter gegaan. Sommigen waren wel al gegaan voor een consultatie, maar hadden geen geld om de voorgeschreven medicatie te kopen.

Plots wordt er druk en hevig gediscussieerd door enkele volwassenen. Blijkbaar waren ze reeds vroeg in de ochtend met een ernstig ziek jongetje naar het ziekenhuis gegaan. Het zou om Dengue gaan en zijn toestand zou kritiek zijn. Nu waren ze aan het bespreken wie het best bij het zieke kind kon blijven en hoe ze het geld voor het infuus en de transfusie bijeen zouden krijgen. Ik besef dat er kostbare tijd aan het verloren gaan is, terwijl ze in het ziekenhuis wachten op geld…





Door de sterke aanwezigheid van de militairen wordt ons verblijf hier ingekort. We laten de geneesmiddelen achter. Maar ik besef dat medicijnen alleen de oplossing niet is. NIHIP wil hier binnenkort zeer graag een CBHP opstarten. Ook de plaatselijke mensen zijn zeer gemotiveerd. Het enige dat nog ontbreekt is geld…

2 september 2007: inleiding

In de voormiddag krijg ik een algemene oriëntatie van de verschillende organisaties, bij wie ik een tijdje zal verblijven de komende weken.

Negros is een eiland in de centraal gelegen eilandengroep Visayas. Het is het vijfde grootste eiland van de Filippijnen. Het eiland is politiek en cultureel opgedeeld in de twee provincies Negros Occidental in het noordwestelijke deel en Negros Oriental in het zuidoostelijke deel. De grens tussen de twee provincies volgt grofweg de bergketen die over het midden van het eiland loopt. In het noordwesten spreken de mensen de taal Ilonggo en in het zuidoostelijke deel wonen de mensen die Cebuano spreken. Negros telt 3,7 miljoen inwoners. Het belangrijkste product dat op het eiland geproduceerd wordt is suiker.

De suikerplantages zijn in handen van enkele zeer welvarende en invloedrijke grootgrondbezitters. Voor hongerlonen (50 tot 90 peso's per dag) wordt gewerkt op de plantages. Men schat dat op het eiland ook 300 000 kinderen werken (sommigen zelfs onbetaald). Vele kinderen stoppen met school voor het derde leerjaar. Op sommige plaatsen bereiken ze zelden het middelbaar.

De extreme armoede staat in scherp contrast met de enorme rijkdommen van het eiland. Naast suiker, zijn de belangrijkste producten rijst, maïs en vis. Maar ook heel wat natuurlijke mineralen (goud, koper, magnesium,..) zijn er te vinden.
Verschillende organisaties vechten voor land, jobs en rechten. Als antwoord hierop militariseert de regering vele gebieden en worden activisten ontvoerd en zelfs vermoord. In Negros zijn reeds 16 politieke moorden gepleegd, 4 activisten verdwenen en 10 gevangen genomen. Onder het huidige bewind ben je schuldig tot je onschuld bewezen wordt...

In de namiddag bezoeken we het Western Visayas Regional Hospital. Je betaalt hier 50 p alvorens er nog maar een dokter naar je kijkt. Voor elk bijkomend onderzoek of geneesmiddel betaal je extra. In de zaal interne geneeskunde worden twee patiënten beademd door familieleden. Nochtans staat op nog geen halve meter van hun bed een ongebruikt beademingstoestel. Dit is echter privé en er moet massa's geld voor betaald worden. De verpleging is overwerkt en onderbetaald. Ze kijken enkel toe op de intraveneuze geneesmiddelen. Al de rest moet de patiënt of zijn familie zelf zien te kopen buiten het ziekenhuis.



De gynaecologe vertelt dat ze 72 tot 80 uur per week werkt. Per dag bevallen 30 tot 40 vrouwen. Patiënten moeten hun eigen bed meenemen. Vele vrouwen liggen in de gang op een stuk karton met hun pasgeboren kindjes. Als het een keizersnede zal zijn, moet je 5000 p bijeensparen en ook al het materiaal dat tijdens de ingreep nodig zal zijn, meenemen; anders kan de bevalling niet doorgaan...

zaterdag 29 september 2007

1 september 2007: richting Negros

Vandaag vlieg ik naar het eiland Negros, voor de komende drie weken. Op de luchthaven zit ik te wachten tussen twee botox-gezichten voorzien van gereconstrueerde neuzen met daarop een blinkende gucci-zonnebril. De zon schijnt niet eens! De Filippijnen is een land van extremen zei Dr. Celes gisteren. Als je arm bent, ben je extreem arm en met extreem veel; als je rijk bent, extreem rijk en met extreem weinig.


In Bacolod word ik opgewacht door het zeer enthousiaste NIHIP-team. NIHIP staat voor Negros Island Health Integrated Program en is een onderdeel van CHD. Het wordt een rustdag. We bezoeken het historisch museum, de kathedraal en het park. We lopen ook even in de reusachtige SM-mall. De meesten komen hier enkel om af te koelen en te kijken, want het is hier duur. De marktjes in het oude stadscentrum zijn veel gezelliger.

's Avonds is er een heus welkomsdiner met de plaatselijke kerkgemeenschap. Ze zijn zo enthousiast dat ik er bijna ongemakkelijk van wordt.










31 augustus 2007: San Lazaro Hospital

Het San Lazaro Hospital is het oudste publieke ziekenhuis van Manila, met hoofdzakelijk infectieziekten. Er wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de 'rijken' en de 'armen'. Als je kan betalen, krijg je een 1-persoonskamer met airco, frigo en een eigen badkamer. De andere patiënten zitten letterlijk samengehokt in kleine ruimtes per aandoening (tetanus, dengue, tyfuskoorts, malaria, pneumonie,...). Vaak twee tot zelfs drie kinderen per bed. De tetanuszaal had luifels maar is verhuisd en er was geen geld voor gordijnen. Patiënten liggen er in de platte zon. Een patiënt met rabiës ligt vastgebonden aan zijn bed want er is geen geld voor pijnstilling en/of kalmeermiddelen. Er loopt een tuinslang van het ene naar het andere gebouw, want daar ontbreekt watervoorziening. Met wat geluk krijgen de patiënten dagelijks geneesmiddelen, maar het kan best zijn dat de geneesmiddelen uitgeput zijn en ze het zonder moeten stellen voor een aantal dagen.
Het toppunt van onmenselijkheid was de TBC-afdeling. Nog meer patiënten samen in nog kleinere ruimtes. Zuurstofflessen worden gedeeld met meerder patiënten. Letterlijk snakkend naar adem. Schrijnend om te zien.
Jaar na jaar wordt het budget teruggeschroefd. Ziekenhuizen worden gefusioneerd en onderdelen geprivatiseerd.

30 augustus 2007

Samen met Yhan (verpleegster) en Elly gaan we op stap om een training te geven. Deze begint met een opwarming, waarbij gedanst en gezongen wordt. Vervolgens wordt de groep opgesplitst en laten de vrouwen aan de hand van toneeltjes zien wat ze zouden doen als iemand in hun gemeenschap bijvoorbeeld een epilepsie-aanval zou hebben. Na het vieruurtje wordt tot slot alles nog eens overlopen en beknopt en praktisch uitgelegd.
De vrouwen (van verschillende leeftijden) waren zeer enthousiast en vertelden tijdens de nabespreking dat ze blij waren met wat ze vandaag hadden bijgeleerd. Ikzelf vond het zeer interessant en fijn om begrijpbaar en eenvoudig één van de thema's te mogen uitleggen.