zondag 30 september 2007

3 - 5 september 2007: Sipalay

Vroeg in de ochtend vertrekken we richting Sipalay. Eerst twee uur in een propvolle en snikhete bus. Dan komen we aan bij PDG (Paghida et sa-Kauswagan Development Group). Deze organisatie helpt de verschillende gemeenschappen hier in hun strijd tegen de mijncoöperatieven. In augustus 2006 zijn nieuwe exploraties begonnen en de werken zouden beginnen in januari 2008. Colet Mining is een van hen, een multinational met de hoofdzetel in het Verenigd Koninkrijk. Het bestuur van Sipalay is reeds jaren in handen van dezelfde familie. Zij staan de exploraties toe (uit eigen winstbejag), onder het voorwendsel dat het geld ten goede zou komen aan de gemeenschappen.
In plaats daarvan worden enkelingen stinkend rijk, massa's land vernietigd en vervuild en hele dorpen 'verhuisd' naar minder vruchtbare bodems.


We trekken de bergen in en bereiken Manhucahoc. Het gemeenschapshuis naast de school is reeds meer dan een maand ingenomen door een militaire divisie (hoewel dit bij internationale wet verboden is). De militairen verklaren dat ze hier zijn ‘om de mensen te beschermen en trekken ’s nachts de bergen in om hun vijand (New People's Army (NPA)) te verslaan’. Nochtans is hun aanwezigheid de laatste maanden verscherpt, gelijklopend met het verzet van de plaatselijke bevolking en zit het NPA hier al jaar en dag…


We trekken verder op een habal habal. Dit is een motor waar je met velen opkruipt. Een heleboel nieuwsgierige gezichtjes komen ons tegemoet, de meesten blootvoets en voorzien van een stevig vooruitstekend buikje. Doordat de mensen hier nauwelijks Engels spreken en ik nog maar een paar woorden Ilungo, loopt de communicatie zeer moeilijk. Nanay Demit, die me vergezelt, doet haar uiterste best om af toe wat voor me te vertalen.


De gemeenschap waar we verblijven zijn boeren en hun land is recentelijk ingenomen door de mijnexploraties. Ze eten hier maïsmeel in plaats van rijst met droge vis en een zout soepje.
De volgende dag help ik Nanay Demit met de consultaties die ze doet . We trekken veel aandacht en al gauw is het hutje vol en wordt het broeierig heet. Velen zijn nog nooit naar een dokter gegaan. Sommigen waren wel al gegaan voor een consultatie, maar hadden geen geld om de voorgeschreven medicatie te kopen.

Plots wordt er druk en hevig gediscussieerd door enkele volwassenen. Blijkbaar waren ze reeds vroeg in de ochtend met een ernstig ziek jongetje naar het ziekenhuis gegaan. Het zou om Dengue gaan en zijn toestand zou kritiek zijn. Nu waren ze aan het bespreken wie het best bij het zieke kind kon blijven en hoe ze het geld voor het infuus en de transfusie bijeen zouden krijgen. Ik besef dat er kostbare tijd aan het verloren gaan is, terwijl ze in het ziekenhuis wachten op geld…





Door de sterke aanwezigheid van de militairen wordt ons verblijf hier ingekort. We laten de geneesmiddelen achter. Maar ik besef dat medicijnen alleen de oplossing niet is. NIHIP wil hier binnenkort zeer graag een CBHP opstarten. Ook de plaatselijke mensen zijn zeer gemotiveerd. Het enige dat nog ontbreekt is geld…

Geen opmerkingen: